Dag 32 uit een dagboek

Het was een dag met van alles. Terwijl de jongens thuis op school zaten, werd het fundament voor onze nieuwe tuinkamer gelegd. Bijzonder hoe we met elkaar deze weken een draai hebben gevonden en dat het als vanzelf gaat. Het is even zoeken, in het begin, maar als altijd gaat een rivier anders stromen als je er een steen in legt. Daar is tijd en aandacht voor nodig. En geduld ook, want sommige dingen kun je niet forceren, controleren of pushen.

De jongens zijn zelfstartend. We zien ze bij het ontbijt, lunch en avondeten. Veel vaker dan eerder zijn we samen en ondertussen gaat ieder tussendoor zijn eigen wereld in. De 1 heeft vandaag drie toetsen, de ander oefent voor de musical en een derde hoeft vandaag niet zoveel voor school te doen. Hij kookt het avondeten en staat uren in de keuken, waar hij zijn weg al jaren weet. Na de lessen zitten de jongste en de middelste elkaar in de haren, omdat ze hun energie niet kwijt kunnen. Normaal hebben zij zo veel meer beweging, in het kleine, in de weg naar school, het lopen tussen lokalen. In de trainingen van voetbal en tennis. Nu heeft het veel meer aandacht nodig om ook echt iets te gaan doen. De middelste stapte na aandringen van ons op de racefiets en ging de duinen in. Zijn gezicht zag er anders uit, toen hij terug kwam.

Bij het avondeten klankten
wij de klankschaal.
Dat doen we altijd
als we met zijn vijven zijn.
Op de verbinding
op ons samenzijn
en de bewuste herinnering eraan.
Een simpel gebaar en
inmiddels traditie.
Zonder woorden
zo krachtig.

Ik werkte aan nieuwe dingen, werkte het 1,5 meter concept voor de nabije toekomst uit, ontwierp een digitaal plan en bereidde me voor op de gesprekken van volgende week. Tussendoor belde ik met collegae en sprak ik over hoe deze situatie ook licht brengt. Alles en iedereen uitvergroot. Het contrast tussen zwart en wit, angst en liefde, problemen en kansen laat zien.

Ik dwaalde in de middag door de bossen, bij gebrek aan de duinen. Nou ja, bij gebrek aan de toegang er toe. Maar ook deze bossen zijn prachtig en voelen als thuis. We praatten over de bedoeling, over het leven. Over het leven hierna, over de mogelijkheden, die er nu zijn. Over wat we te doen hebben en waarom. Op een kleedje dronken we thee. Dankbaar ben ik voor de medereizigers op mijn levenspad. Voor de spiegel die je elkaar voor houdt, door het gevoel van herkenning, door te zien en te luisteren. Door gezien en gehoord te worden. En zo te groeien met en door elkaar.

Ik zie, ik zie wat jij niet ziet.
Soms zien mensen hetzelfde
Soms verstaan we elkaar niet.
Soms projecteren we iets
op een ander en luisteren
we vanuit een andere plek.

Omdat we een les te leren hebben, omdat we iets eerder gezien hebben, omdat we iets herkennen van vroeger, omdat we eerder gekwetst zijn, omdat we iets nog 1 keer aan moet gaan. Wat als je nog de pijn als kind voelt, wat als je het nooit gekend hebt. Is jouw blik dan niet heel anders, dan wat ik zie? Ik denk dat het tijd is om onze patronen te doorbreken en terug te geven wat niet van ons is. Daar is deze tijd voor nodig. Volgens mij.

We keken samen met onze jongste een filmpje. Het samenzijn boven de kwaliteit van wat wij zagen. Het is die verbinding die zoveel waarde heeft en door alles zichtbaar en voelbaar is. Ik sluit de dag af en ben ook daar dankbaar voor.