De moed achter zichtbaar zijn

Tien jaar lang werken wij al voor iets anders, staan we er elke dag voor op. 10 jaar lang verbinden wij ons met mensen om iets anders te laten zien, omdat wij hier in geloven. In 10 jaar tijd zijn wij zichtbaarder geworden, omdat we onszelf steeds meer durfden te laten zien. Natuurlijk gaat dat gepaard met successen of bewijs voor onszelf of de ander dat het klopt. Ook zijn we genoeg gevallen. En weer opgestaan.

Zichtbaar zijn begint bij jezelf, bij wie jij bent. Dat je laat zien waar jij voor staat, dat je je talenten leeft op welke manier dan ook. Zichtbaar zijn kan ook achter de schermen. Soms zijn mensen daar zichtbaarder dan met een spot in beeld. Zonder een spel van ‘zoals het hoort’ of ‘zou moeten zijn. Uniek en anders soms. Dat kan voorbijgaan aan de gevestigde orde.

Zichtbaar zijn gaat niet
over de grootte van het podium.
Het gaat over de moed
die je hebt bij jezelf te blijven
en te uiten wat jij belangrijk vindt.
Passend bij jouw waarden.
Dat wel.

Zichtbaar zijn heeft zijn randjes, die van spanning. Makkelijker is het om mee te gaan met de stroom van de wereld. Je uitspreken over hoe jij er naar kijkt in welke vorm dan ook, vraagt moed. Die moed bindt iedereen die bij ons werkt, omdat elk individu er voor heeft gekozen om op een andere manier zorg te leveren met kwaliteit van leven van de mens voorop. Anders dan het gebaande.

Zichtbaar zijn kent verschillende lagen, die begint bij jezelf onder ogen kunnen zien en daar waar jij voor staat, gevolgd door de keuzes die je maakt in werk, in vrienden, in waar je naar kijkt, wat je leest of wat je eet. Daar over spreken, in kleine kring of in het groot, 1 op 1 of in groepen is het volgende niveau. Alle lagen vragen om moed.

Als je voor een groep staat, dan word je gezien. Of je wil of niet. Er wordt op je gelet, de ogen zijn op jou gericht. Voor sommigen is dat een kwelling die zo groot is dat ze het nooit doen, anderen hebben de angst aangekeken en zijn gegaan. Hoewel misschien spannend elke keer heeft het ook iets magisch.

Ik vreesde bij alleen het denken aan een spreekbeurt toen ik 10 was. Net verhuisd van het zuiden naar het noorden, een andere stem, een ander gezicht. Vreemd voor de ander, ik kon in mijn kinderbrein 2 dingen doen: 1. mezelf zo snel mogelijk in spraak aanpassen en 2. zo min mogelijk zichtbaar zijn. Een spreekbeurt ging tegen dat alles in en raakte alles in mij; ik werd gezien in mijn imperfectie. 10 jaar later sprak ik maandelijks groepen van 50 tot 400 mensen toe. Omdat ik het belangrijk vond dat er gezegd werd wat ik te vertellen had. Niet om mij, maar om de boodschap.

Toch kan bij een stap op het podium, letterlijk en figuurlijk dat gevoel en de enige optie van toen ik 10 was weer even opkomen. Nu ik vele van die stappen heb gezet en mezelf daarin blijf trainen, duurt de overweging om het niet te doen steeds korter. Omdat ik weet dat ik dit te doen heb. Soms gaat dat tegen beter weten in, soms gaat dat tegen systemen in, soms vinden mensen het niet fijn van wat je doet, maar vooral levert het zo veel op.

Brene Brown spreekt over de arena waar je instaat als je zichtbaar bent. Over de moed die dat vraagt en de kwetsbaarheid die daar bij komt kijken. Kwetsbaarheid is niet praten over je gevoelens maar jezelf steeds weer bloot durven geven om door die gevoelens heen, door de angsten heen, de arena in te stappen. In het klein of in het groot. Soms gaat dat met succes en soms val je. Zo werkt dat als je stappen zet.

Om gezien te worden heb je supporters nodig, cheerleaders die je aanmoedigen, die je toejuichen en opvangen als je valt. Die zeggen; ‘je bent goed zo, precies zoals je bent’. Ik heb er in de afgelopen jaren zo velen ontmoet, voor even, voor lang, voor altijd. Binnen Voeding Leeft zie ik ze dagelijks. We worden allemaal toegejuicht door de ander om de moed die we hebben en de stappen die we steeds weer zetten, voor en achter de schermen.

Ieder mens wil gezien worden, het hoort bij de basisbehoeften. Ook de ‘grote’ baas van een bedrijf, de geoefende dame van de talkshow of de vrolijke pakketjesbezorger uit de buurt, elk mens vindt het fijn om iets terug te horen over zijn aanwezigheid, optreden of daad in de arena. Als je dat weet is de drempel om die te geven wellicht kleiner. Zo helpen we de ander vooruit. Door hem of haar te erkennen en toe te juichen nog meer zichtbaar te zijn.

Ook is daar nog ruimte bij mij, wat als ik nog meer zichtbaar ben? Wellicht is er ook nog ruimte bij jou. Wat houd jij nog tegen, dat je niet wil dat er zichtbaar is. Durf jij alles te zeggen waar je voor staat? Ook nu?

Ik wel, en soms ook niet. Soms kan ik weer even terug naar de angstaanjagende blikken van de anderen die in mijn denken zeggen: ‘jij bent niet van hier, pas je aan’. Ik adem dan, en nog eens diep en dan ga ik toch. Omdat dat wat ik van binnen voel, denk of wie ik ben niet weggestopt kan worden. En omdat dit is wat ik te doen heb. Samen met jou.